Met een CO2 pompje heb je in no time je lekke band opnieuw opgepompt en kan je weer op weg. Zeker in de winter biedt dit een groot voordeel omdat je gewoonweg minder lang stilstaat, en de kans op kou vatten dus een stuk kleiner is. Maar wat zijn precies de verschillen tussen CO2 pompjes en gewone fietspompen en hoe werkt zo’n CO2 pompje precies? De experts van Fashion For Cycling leggen het uit.
Een CO2-pomp is in feite niets meer dan een pompkopje waar je een CO2 patroon aan bevestigt. Afhankelijk van het type CO2 pomp zit er ook een regulator op of niet. Een regulator zorgt ervoor dat je wat secuurder te werk kunt gaan bij het oppompen van je fietsband en je hem dus niet te hard of te zacht oppompt. Het grote voordeel van een CO2 pompje is dat het heel snel gaat en het systeem zeer compact is. Het nadeel is dat het niet zo milieuvriendelijk is omdat er per band 1 patroon gebruikt wordt. Neem dus zeker meerdere patronen mee tijdens je fietsrit.
Om je band op te pompen met een CO2 pomp, monteer je eerst het pompje op het ventiel en dan pas monteer je het patroon op het pompje. Door deze volgorde aan te houden, vermijd je dat de lucht al ontsnapt voordat het pompje goed op het ventiel zit. Sowieso is het aan te raden om nog een mini fietspompje mee te nemen, zelfs als je een CO2 pompje gebruikt.
Een CO2 pompje is dus makkelijk in gebruik en biedt je een aantal voordelen, maar op andere aspecten scoort een klassiek fietspompje weer beter. Met een mini fietspompje kan je je binnenband al een klein stukje oppompen om hem op die manier makkelijker te monteren. Met een CO2 pomp - zelfs een met regulator - is dit een stuk moeilijker om uit te voeren.
Met een minipompje is de lucht die je in je band pompt ook meteen de goede. Daarmee bedoelen we dat je na je rit de CO2 best weer uit je band laat en je band dan weer oppompt met een gewone fietspomp. CO2 zal namelijk sneller uit je band ontsnappen dan gewone lucht, waardoor je mogelijk tijdens je volgende rit weer het gevoel zal hebben dat je lekrijdt.